Teckel (ook wel dachshund genoemd)

De Teckel is een hond met zijn lange rug en naar verhouding korte poten een opvallende verschijning. Dat in combinatie met zijn eigenwijze karakter maakt de Teckel een bijzondere hond waar men van houdt of wat men niets vindt. Als men voor een Teckel kiest, kan men vervolgens kiezen uit drie varianten, te weten de gewone Teckel, de Dwerg Teckel en de Kaninchen Teckel. De Teckel is ook bekend onder de naam Dashond, aangezien de Teckel van oorsprong een jachthond is die werd gebruikt om wild, zoals de das, uit holen te jagen. De teckels zijn zoogdieren (klasse) en worden vervolgens onderverdeeld naar de roofdieren.

Historie teckels

De Teckel komt oorspronkelijk uit Duitsland. De voorouders van de Teckel waren waarschijnlijk de Dachsel. Deze hond wordt beschreven in documenten uit de vijftiende en zestiende eeuw. Het was een hond ontstaan uit de Brakken hond, maar nu met korte poten. De Dachsel werd ook ingezet voor de jacht op dassen. De das werd in die tijd als een plaag gezien. De Dachsel werd toen ook Dashond genoemd, zoals nu de Teckel nog wordt genoemd. De eerste Teckelclub werd in 1881 opgericht in Engeland. De Teckel werd in Groot-Brittannië bekend nadat koningin Victoria in 1839 een Teckel meenam uit Duitsland. In Duitsland werd in 1888 de rasvereniging opgericht.

Uiterlijke kenmerken

Door de herkenbare kop met relatief lange neus in combinatie met het lang gerekte lijf met korte poten is de Teckel snel te herkennen.

De Teckel heeft lange, afhangende oren. Ook weer speciaal gefokt omdat rechtopstaande oren problemen geven wanneer de Teckel in een hol moest kruipen. Afhangende oren voorkomen dat er zand en rotzooi in de oren kon vallen.

De korte poten maakten dat de Teckel gemakkelijk door de gangen van een hol van een das of konijn kon lopen. Door de korte poten is de neus van de Teckel ook altijd dicht bij de grond en kan hij sneller het spoor van een prooi vinden. Tussen de tenen van de poten zitten ook zwemvliezen die het graven, als dat nodig was, gemakkelijker maakten. De vliezen tussen de tenen maken van de poten een soort schep. Aan de tenen zitten relatief brede nagels die het graven vergemakkelijken.

De Teckel kent drie vachttypen, te weten langharig, kortharig en ruwharig. De vacht heeft ook onderwol onder de dekharen.

  • Standaard Teckel: borstomvang 35 cm; 9 tot 10 kg
  • Dwerg Teckel: borstomvang 30 tot 35 cm; 5 tot 7 kg
  • Kaninchen Teckel: borstomvang 30 cm; 4 tot 5 kg
  • Een Teckel wordt gemiddeld circa 12 tot 15 jaar.

Karakter van een teckel

Het karakter van de Teckel laat zich kenmerken als eigenzinnig. Om een Teckel dingen te leren die hij niet wil, is doorzettingsvermogen nodig. Een Teckel heeft een consequente baas nodig. Daarentegen is het ook een heel vriendelijke hond voor de baas. Hij kan over het algemeen goed omgaan met kinderen en andere dieren, al komt het voor dat het samen gaan met kleine kinderen wat lastig is.

De Teckel is over het algemeen moedig als ook goedmoedig, nieuwsgierig, alert en zeker niet bang. Naast dat de Teckel een goede jachthond is, is hij over het algemeen ook zeer waaks. De combinatie van jachthond en eigenzinnig maakt dat wanneer een Teckel in het bos de kans krijgt, hij deze nogal eens grijpt om er vandoor te gaan en lekker zelfstandig het wild op te jagen.

Verzorging teckels

De kortharige Teckel heeft weinig vachtverzorging nodig. De ruwharige Teckel daarentegen moet regelmatig worden geborsteld. De ruwharige Teckel heeft vaak last van klitten en vervilting van de vacht. De ruwharige Teckel moet ongeveer twee keer per jaar worden getrimd. De langharige Teckel heeft minder vachtverzorging nodig, maar af en toe een borstelbeurt kan geen kwaad. Teckels zijn gevoelig voor gebitsproblemen. Dit kan worden voorkomen door het gebit van de Teckel goed schoon te houden en goed te verzorgen.

Een Teckel wordt nogal eens gezien als schoothondje, maar dat is het zeker niet. Oppakken en dragen wordt sowieso afgeraden, omdat dit de kans op rugklachten vergroot. Een Teckel heeft veel beweging nodig om in conditie te blijven. Hierdoor houdt hij stevige spieren, wat ten goede komt aan zijn rug en deze minder kwetsbaar maakt. Ook overgewicht moet voorkomen worden.

Gevoelig voor

Veel voorkomende klachten bij de Teckel zijn onder andere de rughernia, epilepsie en netvliesproblemen. De rughernia komt door zijn relatief zwakke rug. Door te zorgen voor een goede conditie neemt de kans op een rughernia af. Omdat epilepsie vaak genetisch is, is het raadzaam om bij het uitzoeken van een pup goed te kijken naar de stamboom en te kijken of epilepsie weinig voorkomt.

Conclusie teckel

De Teckel is een leuke kleine hond die een consequente aanpak vraagt. Met uitzondering van de ruwharige Teckel is de verzorging niet veeleisend. Wel moet de Teckel flink wandelen om in conditie te blijven. De meeste Teckels kunnen goed overweg met kinderen, al is het met kleine kinderen wel oppassen. Wanneer men een Teckel gaat uitzoeken, dient men vooral goed op te letten op de gevoeligheid voor Epilepsie en oogaandoeningen in de bloedlijn van de pup.

Lees verder over andere honden zoals de labrador retriever, Golden retriever, Duitse herder of Poedel.