Smalneusapen (Catarrhini)

Tot de smalneusapen (Catarrhini) behoren alle niet-Amerikaanse apen (Simiiformes). Veel bekende apen behoren tot deze groep. Bijvoorbeeld de bavianen, makaken en de mensapen zoals chimpansees, orang-oetangs en gorilla’s. Ook mensen behoren tot de groep mensapen en vallen daardoor onder de smalneusapen.

De meeste smalneusapen leven in tropische regenwouden en bossen. Vooral in Afrika, ten zuiden van de Sahara leven veel soorten smalneusapen. Maar de groep kent een grote diversiteit en komt voor in India, Tibet, Zuid-China, de Filipijnen en enkele eilanden in Indonesië. Ook in Japan en Marokko komen enkele soorten voor en de mens is natuurlijk over de hele wereld uitgespreid.

Kenmerken

Het belangrijkste kenmerk van de smalneusapen is de natuurlijk de neus. Het onderscheid met de breedneusapen is zeer duidelijk: de ‘apen uit de Oude wereld’ zoals ze ook wel genoemd worden hebben smalle neuzen met naar beneden gerichte neusgaten die dicht bij elkaar staan. Bij de breedneusapen staan de neusvleugels verder uit elkaar en naar buiten gericht.

Een ander kenmerkend onderscheid zijn de verdikte billen van veel smalneusapen. Vooral de bavianen en chimpansees zijn hier goede voorbeelden van. Chimpansees kunnen elkaar herkennen aan de vorm van de billen.

Veel breedneusapen hebben een lange staart en in enkele gevallen zelfs een grijpstaart, waarmee ze zich vast kunnen grijpen. Smalneusapen hebben nooit een grijpstaart en in enkele gevallen, zoals bij de mensapen, zelfs helemaal geen staart.

Voedsel

Veel apen zijn herbivoren, zij eten alleen plantaardig voedsel. Maar sommigen zijn omnivoor zoals bavianen: het hoofdbestanddeel van hun menu is plantaardig maar ze eten ook insecten, schorpioenen, reptielen, vissen en kikkers. Soms jagen ze zelfs op vogels en zoogdieren. Een baviaan lust wel een jonge aap, antilope of haas.

Ook chimpansees vullen hun menu aan met insecten. Daarnaast eten ze soms andere apen, zoals franjeapen. Orang-oetans eten vooral heel veel fruit, maar verorberen soms ook eieren, boomschors en zelfs giftige planten die door andere diersoorten vermeden worden. Hiermee dragen ze bij aan de verspreiding van zaden van deze specifieke plant.

Voortplanting Smalneusapen

De meeste smalneusapen leven in sociale groepen en kennen meerdere partners. Enkele soorten leven in paartjes bij elkaar. Per keer krijgen ze meestal maar één jong die enige tijd door de moeder gezoogd wordt. Afhankelijk van de soort leven sommige mannenjes solitair. Zij verlaten de groep en hun moeder zodra ze oud genoeg zijn.

De opvallende billen die sommige smalneusapen kenmerken worden vooral ingezet bij de voortplanting. Bavianenmannetjes verleiden vrouwtjes met hun rode billen en de billen van chimpansee vrouwtjes zwellen op als ze vruchtbaar zijn.