Krokodilachtigen (Crocodilia) leven zowel op het land als in het water. Het zijn goede zwemmers die voornamelijk in het water leven, maar kunnen zich op het land ook goed uit de voeten maken. De krokodilachtigen leven vooral in de warmere, tropische gebieden rond de evenaar. Krokodilachtigen staan bekend als roofzuchtige jagers en kunnen wel zeven meter lang worden.

Dierenrijk krokodilachtigen

De krokodilachtigen zijn een orde onder de klasse reptielen. Er zijn zo’n 25 soorten krokodilachtigen, onder te verdelen in de volgende groepen (families):

Alleen de familie Crocodylidae (krokodillen) mogen krokodillen genoemd worden.

Leefgebied krokodilachtigen

De 25 soorten krokodilachtigen leven allemaal in de warmere streken. Voor de krokodilachtigen is er in het wild steeds minder ruimte om te kunnen leven. Er worden steeds meer gebieden door de mens ingenomen voor bijvoorbeeld cacaoplantage zoals in Ivoorkust. Ook komen krokodilachtigen in het gedrang door vissers, waardoor minder voedsel aanwezig is of dat de krokodilachtigen in de netten verstrikt raken. Een andere reden dat krokodilachtigen steeds minder voorkomen is dat er ook op krokodilachtigen gejaagd wordt door de mens voor zowel het vlees als de huid voor tassen of schoenen. Van een soort krokodilachtigen wordt er ook organen gebruikt om medicijnen te maken.

Kenmerken

Krokodilachtigen zijn erg herkenbaar door hun grote, platte bek met scherpe tanden, lange lijf en staart en relatief korte poten. Hun gehele huid is bedekt met harde schubben en beenplaatjes (osteodermen) die een soort pantser vormen als bescherming. Krokodilachtigen hebben vaak een bruin groene schutkleur, waardoor ze bijna niet opvallen in de rivieren en moerassen waar ze leven. De kleur en het lichaam van de krokodilachtigen hebben goede camouflage.

Dankzij hun lichaamsbouw liggen ze vlak in het water en steken alleen de ogen en neusgaten boven water uit. Hierdoor kunnen ze vaak een verrassingsaanval uitvoeren op hun prooi. Een krokodilachtigen hebben kleine hersenen en toch kunnen ze vanaf 100 kilometer ver de weg terugvinden. In gevangenschap kan een krokodilachtigen getraind worden, zodat het de eigen naam herkent.

Koudbloedige krokodilachtigen

De krokodilachtigen zijn koudbloedig en moeten de eigen temperatuur met de buitentemperatuur regelen. De krokodilachtigen die willen opwarmen moeten in de zon liggen en op moment dat het te heet wordt gaat de krokodilachtigen weer een stukje terug het water in. De krokodilachtigen leven in warmere gebieden waardoor een winterslaap niet nodig is. Bepaalde soorten doen wel een zomerslaap tijdens hete en droge perioden.

Lengte

De kleinste krokodilachtigen is de Cuviers dwergkaaiman en wordt ongeveer 1,5 meter lang. De grootste krokodilachtigen is de zoutwaterkrokodil en wordt wel 6 meter en tot 1.000 kilo. Deze Zoutwaterkrokodil behoort tot één van de zwaarste reptielen.

Staart Krokodilachtigen

De staart van de krokodilachtigen dient als motor om te zwemmen in het water en ook om krachtig uit het water te kunnen zwemmen.

Tanden

De tanden van de krokodilachtigen groeien door. Er worden regelmatig tanden verloren en deze worden weer vervangen door nieuwe tanden. Afhankelijk van het soort krokodilachtigen kunnen de tanden van vorm variëren. Visetende soorten krokodilachtigen hebben scherpe tanden. De krokodilachtigen die grotere prooien eten hebben stompere tanden om meer kracht te kunnen gebruiken om de prooi te pakken en de botten te breken.

Tong

De tong bij krokodilachtigen hebben een klepje waarmee ze de luchtpijp kunnen afsluiten, zodat er geen water binnenkomt als er een prooi gevangen wordt.

Kunnen krokodilachtigen zien?

De ogen van een krokodilachtigen zijn erg goed ook om in het donker te kunnen waarnemen. Onder water is het zicht bij krokodilachtigen minder dan boven water. Met een soort duikbril kunnen krokodilachtigen onder water zien. Dit is een extra doorzichtige ooglid en schuift over de hoek van het oog heen.

Wat voor geluid maken krokodilachtigen?

De krokodilachtigen kunnen goed horen en maken ook geluid. In paartijd worden er lage geluiden gemaakt. De krokodilachtigen kunnen ook trillingen goed waarneming, zodat vijanden en prooien in de omgeving waargenomen kunnen worden.

Ruiken

Krokodilachtigen kunnen met de neus ruiken. Dit is dus anders dan bij hagedissen en slangen die met de tong ruiken.

Voeding

Alle krokodilachtigen zijn nachtelijke jagers. Ze zijn ook zonder uitzondering allemaal carnivoor, wat inhoud dat ze uitsluitend dierlijk voedsel eten. Het soort voedsel hangt af van de soort, maar vrijwel alle krokodilachtigen vangen voornamelijk vis. Krokodillen verscheuren, net als schildpadden, hun voedsel voor ze het opeten. Krokodillen zijn vaak groter en jagen daarnaast ook op grote zoogdieren zoals herten of buffels. Kleinere prooien, zoals kikkers, schildpadden en slangen staan ook op het menu. De kleinere kaaimannen eten naast vis insecten, krabben en waterslakken. De enige krokodilachtige die geen vis eet, is de Chinese alligator. Deze heeft zich gespecialiseerd in het eten van grote slakken en schelpdieren. Zelfs zijn snuit en tanden zijn hierop aangepast.

De krokodilachtigen staan aan de top van het ecosysteem en vervullen een belangrijke rol. De krokodilachtigen jagen op zwakke en zieke dieren, waardoor er voorkomen wordt dat er dieren verrotten en het water vervuilen. Dit zou weer negatieve gevolgen hebben voor andere dieren die het water niet kunnen drinken of er ziek van worden.

Voortplanting krokodilachtigen

De mannetjes en vrouwtjes lijken in uiterlijk erg op elkaar, de mannetjes worden alleen vaak groter. Maar voor een leek is het onderscheid lastig te maken. Ze lokken elkaar met geuren, trillingen en geluid. Zo maken ze bubbels onder water en trillingen met de borstkas. Sommige mannetjes scheiden geurstoffen af uit de anaalklieren onder de basis van de staart.

Na de paring die plaatsvindt onder water, leggen de vrouwtjes na enige tijd de eieren in een zelf gegraven nest. Deze wordt afgedekt met zand, modder of bladeren. Nadat de eieren zijn uitgekomen helpt de moeder de jongen met uitgraven en brengt de moeder de kleintjes in de bek naar het water. Alleen gavialen hebben een te kleine bek om de pasgeborenen naar het water te dragen.

De moeders beschermen het nest en de pasgeborenen uiterst fel. Niet zo gek, want krokodilachtigen hebben in dit kwetsbare stadium van hun leven veel vijanden. De eieren worden opgegraven door vogels, zoogdieren en hagedissen zoals varanen. Als juveniel zijn ze helemaal goed zichtbaar voor predatoren en vallen ze zelfs ten prooi aan eigen soortgenoten. Toch is de broedzorg van de krokodilachtigen wel vrij uniek onder reptielen te noemen.

Geschiedenis

De krokodilachtigen ontstonden zo’n 85 miljoen jaar geleden, maar hun lichaamsbouw en leefwijze ontstond eigenlijk al eerder. De vroege voorouders van de huidige krokodillen waren landbewoners (Baurusuchus) die leefden tijdens het Krijt tijdperk. De bewering dat krokodillen behoren tot de langstlevende dinosauriërs is trouwens een fabel. Ze stammen af van een tak van de Archosauria, die langs een andere tak de dinosauriërs voortbracht. Deze tak, de Ornithodira bracht ook de vogels voort. Krokodilachtigen zijn dus wel verwant aan de Dinosauria en daarmee aan vogels.

Zeekrokodil

De meeste krokodilachtigen leven in rivierdelta’s, moerassen, poelen en meren. Eigenlijk alle gebieden waar geen sterk stromend water is. De meesten leven in zoet water, maar velen tolereren ook brak water. De enige soort die ook in open zee leeft, is de zeekrokodil.

De zeekrokodil is samen met de nijlkrokodil één van de beruchtste en gevaarlijkste krokodillensoorten. Deze reus kan wel zeven meter lang worden en heeft zelfs haaien op zijn menu staan. Ook aanvallen op mensen komen voor. Er vallen jaarlijks meerdere slachtoffers, vaak onoplettende toeristen die zwemmen in onbekend water.