Kraaien (Corvidae)

Als we het hebben over ‘de’ kraai, dan bedoelen we meestal de zwarte kraai (Corvus corone). De zwarte kraai is een zangvogel soort uit de familie kraaien of kraaiachtigen (Corvidae). De familie kraaien bestaat verder onder andere uit roeken, raven, kauwen, gaaien en eksters. Deze soorten komen vrij algemeen voor in Europa. In totaal zijn er ruim 120 soorten kraaien.

Kraaien zijn grote, redelijk stevig gebouwde vogels die overal ter wereld voorkomen, behalve op de beide polen, Nieuw-Zeeland en een aantal Polynesische eilanden. Het zijn echte alleseters die zich daardoor makkelijk aanpassen aan hun leefgebied en ze komen dan ook in verschillende habitats voor. Van open vlaktes tot bosranden en zowel in lage als hoge of bergachtige gebieden.

Kraaiachtigen staan bekend om hun intelligentie en goede geheugen. Het is van raven bekend dat ze samenwerken met andere dieren om zo aan voedsel te komen en van kraaiachtigen in het algemeen dat ze gereedschap gebruiken om hun doelen te bereiken.

Kenmerken kraaien

Kraaien zijn redelijk groot en variëren in lengte tussen de 20 en 67 centimeter. De raaf is de grootste kraaiachtige. Het is op de liervogel na de grootste zangvogel. De meeste kraaien zijn overwegend zwart, op sommige gaaien en gitta’s na. De zwarte kraai is zelfs volledig zwart, van zijn snavel tot zijn poten. De raaf is de grootste kraaiachtige, hij is wel 64 centimeter groot. Het is op de liervogel na de grootste zangvogel.

De ekster is makkelijk te herkennen aan zijn zwart-witte verenkleed en lange staart. Eksters hebben de naam dat ze glimmende voorwerpen mooi vinden en zelfs stelen, maar dit een fabeltje ontstaan uit de nieuwsgierige aard van het dier. Eksters zullen alles onderzoeken wat nieuw voor hun is.

Voedsel kraaien

Kraaien zijn opportunistische alleseters die leven van zaden, noten en insecten, maar ook afval en aas eten. Kleine zoogdieren, amfibieën en reptielen staan voor sommige soorten ook op het menu. Ze ruimen de kadavers in de natuur op en als ze de kans krijgen gaan ze op zoek naar nesten met eieren.

Doordat ze zich zo makkelijk aanpassen aan het soort voedsel dat voor handen is, kunnen kraaien in veel soorten leefgebieden overleven. Het zijn bovendien zeer nuttige dieren die al te grote insectenpopulaties in toom houden en de natuur een handje helpen bij het opruimen van dode dieren, waardoor er minder ziektes verspreid worden.

Het is van kraaien bekend dat ze samenwerken bij het vinden van voedsel. Vooral raven staan hier om bekend. Ze werken samen met wolven door hun de weg te wijzen naar de prooidieren van deze roofdieren, iets waar ze vanuit de lucht goed zicht op hebben. Ook zijn er talloze voorbeelden van raven die spelen met de welpen van de wolven.

Verder staat de wipsnavelkraai erom bekend dat hij ingenieuze oplossingen bedenkt om bij zijn voedsel te komen. Hij bewerkt takjes net zolang tot het precies het juist gereedschap is om bijvoorbeeld insecten uit een holletje te peuteren en kan zelfs onthouden hoe hij dat heeft gedaan om het een volgende keer op dezelfde manier te doen! De onderzoekers gaan nu onderzoeken of de dieren hun methodes daarna ook nog kunnen verbeteren, maar staan nu al te kijken van het geheugen van de wipsnavelkraai. Slimme vogel dus...

Voortplanting kraaien

Kraaien bouwen tussen maart en juni nesten hoog in de bomen waar ze per keer ongeveer vier eieren leggen. De jongen blijven na het broeden ongeveer een maand op het nest voordat ze uitvliegen. Ook na het uitvliegen krijgen ze nog een tijdje voer van hun ouders.

Zonder kraaien zouden ook andere soorten vogels moeite hebben om zich voort te planten. Roofvogels zoals torenvalk, boomvalk en ransuil maken namelijk zelf geen nesten, maar gebruiken de verlaten nesten van kraaien.